Sport en de overheid: Medische verplichtingen voor sporters en federaties

Op deze pagina verschijnt informatie in verband met medisch verantwoord sporten en doping.


Het Vlaamse beleid spits zich toe op twee vlakken:



Beleid Gezond en Ethisch Sporten - Uitgangspunten

Elke sportorganisatie bevordert het gezond sporten, rekening houdend met de aard en de context van de sportbeoefening, onder meer door de omstandigheden en toestanden
die negatief inwerken op de fysieke of psychische integriteit van de sporter daadwerkelijk te voorkomen en te bestrijden door doelmatige initiatieven en gepaste maatregelen.

Elke sportorganisatie heeft de verantwoordelijkheid om voor sporters toegankelijke en relevante informatie te verschaffen over:


  • de preventie van specifieke risico’s, verbonden aan het beoefenen van de desbetreffende sport;
  • de initiatieven die genomen zijn om het gezond sporten voor de sporter te bevorderen.
  • Voor de minderjarige sporter wordt de informatie ook beschikbaar gesteld aan diens ouders of voogd of de persoon die de bewaring over de minderjarige heeft.


  • Minimale verplichtingen voor federaties:



    Analyse/preventie sportspecifieke risico’s

    Vanaf 2015 houdt de federatie anonieme statistieken bij over de risico’s en lichamelijke schade binnen haar federatie, met evoluties in de tijd.



    Sportmedisch geschiktheidonderzoek
    De federatie maakt daarbij de keuze of ze een sportmedisch geschiktheidonderzoek verplicht en zo ja, voor welke groep sporters (bv. intensiteit van de sportbeoefening en leeftijd
    van de sporters). Daarnaast maakt de federatie de keuze of ze een sportmedisch geschiktheidonderzoek aanbeveelt en zo ja, voor welke groep sporters.

    Leeftijdsgrenzen
    De federatie maakt een keuze of ze al dan niet leeftijdsgrenzen oplegt. Dit kan inhouden dat de federatie een minimumleeftijd oplegt voor al haar leden of voor een bepaalde groep
    van haar sporters, of dat ze haar sporters opdeelt in leeftijdscategorieën.

    Leden informeren
    Over haar gezond sporten-beleid moet de federatie geen documenten indienen bij de administratie, tenzij de administratie daartoe verzoekt.
    In dat geval moet de federatie binnen de 30 dagen schriftelijk of digitaal volgende informatie aanleveren:

    - De toepasselijke reglementen over het beleid van de federatie op vlak van gezond sporten.
    - Het beleid van de federatie en de informatiedoorstroming naar de leden.
    - De (verschillende soorten) sportmedische geschiktheidonderzoeken die door de federatie worden aanbevolen of opgelegd, en de sporters of sportcontexten waarvoor die gelden.

    Websites die kunnen geraadpleegd worden:

    http://www.gezondsporten.be
    http://www.ethischsporten.be

    Voor de risico's, preventie en eerste hulp bij volleybal: raadpleeg via deze link:
    https://cjsm.be/gezondsporten/themas/sportletsels-en-preventie/sportdisciplines/balsporten/volleybal

    Verder: Het decreet van 20 december 2013 inzake gezond en ethisch sporten:
    https://cjsm.be/gezondsporten/sites/gezondsporten/files/public/20131220_decreet_gezond_en_ethisch_sporten_1.pdf

    De uitvoeringsbesluiten van 4 april 2014 houdende uitvoering van het decreet van 20/12/2013
    https://cjsm.be/gezondsporten/sites/gezondsporten/files/public/20140404_bvr_ges_nl.pdf



    Medische verplichtingen bij VLM Vlaams-Brabant
    Aangezien VLM Vlaams-Brabant niet valt onder de gesubsidieerde federaties is onze federatie veel vrijer in het bepalen van de vereisten om aan wedstrijden deel te nemen of gewoon recreatief te volleyballen bij een bij de VLM aangesloten club. Spelers hoeven niet meer medisch gekeurd te zijn bij inschrijving VLM.


    Antidoping

    Daar waar er voor VLM Vlaams-Brabant een redelijke vrijheid bestaat i.v.m. gezond en ethisch sporten is dit niet het geval i.v.m. de antidopingwet.



    Wat zegt het beleid?

    Sinds 31 maart 2015 is in de Vlaamse Gemeenschap een vernieuwde antidopingregelgeving van kracht, conform de Wereldantidopingcode 2015 (“de Code 2015”). Het decreet van 25 mei 2012 ter preventie en bestrijding van doping in de sport (“het antidopingdecreet”), gewijzigd bij het decreet van 19 december 2014, en het uitvoeringsbesluit van 13 februari 2015 vertalen de internationale regels van het Wereldantidopingagentschap (WADA) naar de Vlaamse context.


    Belangrijk voor clubs en spelers bij VLM Vlaams-Brabant:

    De antidopingregels zijn van toepassing op elke sporter, begeleider en sportvereniging.
    Een sporter is elke persoon die in georganiseerd verband aan sport doet.


    Deze definitie wordt ruim geïnterpreteerd en omvat minstens iedereen die in club- of wedstrijdverband sport, ongeacht het niveau of de doeleinden van zijn sportbeoefening (ook fitnessers, bodybuilders en deelnemers aan wedstrijden als De Sterkste Man vallen onder de antidopingregels).

    Een sportvereniging is elke organisatie die tot doel heeft een of meer sportactiviteiten te organiseren, de deelname eraan mogelijk te maken, of in dat verband als leidende instantie op te treden. Een sportvereniging kan zowel een club, wedstrijdorganisator, sportevenementenorganisator (bv. Golazo) als federatie zijn.


    Een federatie is dus zowel een sportvereniging op zich, als een groepering van sportverenigingen. Voor federaties gelden alle verplichtingen die op een sportvereniging rusten, evenals een aantal specifieke verplichtingen die enkel voor federaties gelden.


    De sporter zelf: hier valt wel op te merken dat de verantwoordelijkheid voor het gebruiken van stimulerende middelen in hoofdzaak ligt bij de sporter zelf. Bij de verdere informatie hieronder beperken wij ons tot wat vooral de clubs en de spelers van VLM Vlaams-Brabant aanbelangt.


    Informatie: De wet stelt dat zowel de clubs als de sporters zelf op de hoogte moeten zijn van alles at de dopingwet aaangaat.

    Alle informatie in dit verband is te vinden op de volgende website:


    http://www.dopinglijn.be/